5 Tips voor een goede beenligging
Heb je wel eens moeite met het stilhouden van je benen tijdens het paardrijden? Of vind je het lastig om de juiste beenligging te behouden? Je bent niet de enige, veel meer ruiters hebben last van dit probleem!
Wiebelbenen, knieën en hakken optrekken en tenen die naar buiten wijzen zijn allemaal tekenen van een onjuiste beenligging. Hierdoor kun je niet de juiste beenhulp geven en liggen je benen niet stil en rustig tegen de buik van je paard aan. Tijdens lichtrijden of doorzitten in draf of juist in galop hebben veel ruiters moeite met hun benen op de goede plek te houden.
Gelukkig is hier wat aan te doen! Deze 5 tips helpen je om je benen stil te houden en op de goede plek te houden tijdens het paardrijden. Zo heb je een ideale basis om je beenhulpen zo klein en effectief mogelijk te geven en zit je je paard niet onnodig in de weg.
Breng de 5 onderstaande tips in de praktijk voor een goede beenligging zodat je een gecontroleerde inwerking van je been hebt en je correcte beenhulpen kan geven:
- Ga op je (bil)broekzakken zitten. Voel je die twee puntjes in je billen waar je op zit? Dat zijn je zitbeenknobbels. Doe alsof dit schroefjes zijn, en schroef ze nog eens wat vaster in je zadel.
- Laat je beugelriem loodrecht omlaag hangen. Je mag met je been niet je beugel naar voren of achten duwen. De meeste ruiters duwen hun been te ver naar voren. Hierdoor zal je moeten compenseren in je bovenlijf om je evenwicht te bewaren. Je doet dan je billen naar achteren en je bovenlijf naar voren, of je doet je hele bovenlijf te ver naar achteren. Dat is niet de bedoeling.
Laat iemand even meekijken, vanaf de grond zie je veel beter of de beugelriem loodrecht naar beneden hangt. - Laat je knie elke pas naar beneden zakken. Als je je knie ontspannen aan laat sluiten zal je voelen dat je elke pas je knie wat mee naar beneden kan laten veren. Doe dit consequent om te voorkomen dat je je knie optrekt en jezelf uit het zadel duwt.
- Draai je hakken wat naar buiten. Als je dit goed doet voel je het aan de buitenkant van je voeten en enkels. Je spant de spieren aan die zich ongeveer bevinden waar je broeksnaad aan de buitenkant zit. Zo ontspan je de binnenkant van je bovenbeen, en kun je jezelf goed in het zadel en om je paard heen laten zakken. Ook draai je zo je voeten recht vooruit, zodat je met de binnenkant van je been je beenhulpen kan geven.
- Zowel dressuurruiters als springruiters moeten de verlichte zit volledig beheersen. Bij de verlichte zit kom je iets uit je zadel met je billen. Je leunt wat voorover waarbij het draaipunt het gewricht tussen je bovenbenen en je bekken is. Aan je beenligging verander je dus niets! Vind je het moeilijk om je evenwicht te bewaren als je in draf of galop in verlichte zit een rondje door de rijbaan gaat? Waarschijnlijk val je telkens terug in het zadel. De oplossing is simpel: je been ligt te ver naar voren. Leg je been maar een stuk terug, en je zult merken dat je veel makkelijker in balans kan blijven. Ga nu weer in de basis houding zitten. Bovenlijf terug, en billen in je zadel. Je beenligging heeft in de basis houding dezelfde plek als tijdens de verlichte zit.
bron: www.ruitergevoel.com
