Pijn in je schouder met rijden
Door een nauwkeurig functieonderzoek door een fysiotherapeut kan de juiste diagnose worden gesteld. Hierbij moet in de regel een onderscheid worden gemaakt tussen of een peesirritatie, of een slijmbeursirritatie of een aandoening op basis van een beschadiging van gewrichtsbanden. Bij dit laatste zullen er klachten optreden van zogenaamde instabiliteit, het gevoel dat de schouder even uit de kom schiet.
Het stellen van de juiste diagnose is uitermate van belang in verband met het voorschrijven van de juiste therapie.
Peesirritaties genezen doorgaans door rust en eventueel gerichte fysiotherapie. Van belang is tevens het wijzen op het voorkomen van hernieuwde klachten. Een goede warming-up met rekoefeningen en losmakende oefeningen voor de schouder zijn hierbij essentieel.
Slijmbeursirritaties genezen in de regel ook door rust, eventueel ondersteund met een injectie.
Aandoeningen van de gewrichtsbanden zijn moeilijker te behandelen, vooral als er sprake is van de eerdergenoemde instabiliteit. Hierbij moeten vooral de omgevende spieren getraind worden, die de schouder op zijn plaats moeten houden. Soms zijn de krachten, die op de schouder uitgeoefend worden door het sporten zo groot, dat dit niet voldoende is.
Hierbij kan overwogen worden om de hulp van een orthopedisch chirurg in te roepen. Deze specialist beschikt tegenwoordig over diverse mogelijkheden om beschadigingen in de schouder te behandelen. Vooral de mogelijkheid om met een kijkoperatie de schouder vanbinnen te bekijken kan veel bijdragen aan het stellen van de juiste diagnose.
Samenvattend kan worden gesteld, dat schouderklachten bij sporters niet op een hoop moeten worden gegooid. Men moet erachter zien te komen, wat er exact loos is. Anders heeft therapie geen zin en kunnen al snel chronische klachten ontstaan.